Bamboe is geen boom, maar is verwant aan gras. Er zijn meer dan 1000 soorten, die niet alleen in Azië, maar ook in Afrika en Amerika voorkomen. De grootste soorten kunnen tot 30 meter hoog worden. De scheuten groeien uit een vertakte wortelknol, die zich via uitlopers zeer snel kan verspreiden. In tegenstelling tot bomen verschijnen afzonderlijke bamboescheuten met hun volledige diameter uit de grond en groeien in drie tot vier maanden tot hun volledige hoogte. Gedurende deze tijd groeit elke nieuwe scheut recht omhoog tot een halm, zonder te vertakken, totdat het grootste deel van de volwassen hoogte is bereikt. Pas daarna groeien uit de verdikkingen (knopen) in de verder gladde scheut takken en bladeren. De bamboe verhardt geleidelijk, maar sterft al na enkele jaren af en wordt bijvoorbeeld door schimmels afgebroken.

Door deze korte levensduur zijn de halmen binnen ongeveer drie tot zeven jaar oogstrijp en worden ze gebruikt als bouwmateriaal, voor meubels, huishoudelijke artikelen, muziekinstrumenten of voor de productie van papier en textiel.

Sommige van deze informatie is mogelijk afkomstig van de online bron Wikipedia: De vrije encyclopedie.

Lees meer: https://de.wikipedia.org/wiki/Bambus